Inloggen
Log in met jouw HemdvoorHem account om jouw persoonlijke gegevens te bekijken of te wijzigen.Nog geen klant? Registreer dan nu
De meeste overhemden worden gemaakt van katoen, of een katoenblend. De meest gebruikte katoensoort is poplinkatoen, of ‘broadcloth’. Strijkvrije overhemden worden gemaakt van stretch katoen. Dit is katoen waar een beetje elastaan doorheen is geweven. Andere populaire stoffen voor het maken van overhemden zijn linnen, zijde en satijn.
De stof voor een overhemd wordt geweven. Een geweven stof bestaat uit een grondstof zoals katoen. Van het katoen worden draden gesponnen. Deze draden worden horizontaal en verticaal met elkaar vervlochten. Je kunt met de hand weven, maar ook op grote schaal, met behulp van een weefgetouw.
Weven is één van de productietechnieken om textiel te vervaardigen. Voorbeelden van weeftechnieken zijn het visgraat-motief, Poplin, Oxford en denim. Bij al deze technieken worden dus draden horizontaal en verticaal met elkaar vervlochten.
Andere productietechnieken zijn bijvoorbeeld breien, vlechten, haken en knopen. Deze productietechnieken worden nauwelijks gebruikt om overhemden te maken. Breien en knopen worden veel gebruikt voor het vervaardigen van truien en pullovers.
Textiel betekent letterlijk ‘al wat geweven is’. Iedere geweefde stof noemen we textiel. Alle overhemden zijn gemaakt van textiel. Poplin katoen, Oxford, maar ook linnen, zijn allemaal vormen van textiel. Hoe we het textiel noemen wordt bepaald door de grondstof en de weeftechniek.
Textiel wordt gemaakt van natuurlijke of kunstmatige grondstoffen. Katoen, linnen, elastaan en wol zijn allemaal vezels die als grondstof kunnen dienen. Kunstmatige grondstoffen zijn vezels die door de mens zijn ontwikkeld, bijvoorbeeld elastaan. Dit is een synthetische vezel, die niet in de natuur voorkomt.
Tegenwoordig wordt in veel kleding een mix tussen natuurlijke en kunstmatige grondstoffen gebruikt. In slim fit overhemden wordt bijvoorbeeld wat elastaan verwerkt, voor elasticiteit en een betere pasvorm. Andere bekende combinatie zijn katoen met kasjmier (hierdoor wordt het betaalbaarder), wol met viscose (hierdoor wordt het sterker), en katoen met viscose.
Na de weving wordt textiel soms geverfd of bedrukt, zodat het overhemd een mooie kleur of dessin heeft. Textiel bestemd voor strijkvrije overhemden wordt vaak nog (chemisch) behandeld, zodat de stof soepeler wordt. Pas na deze behandelingen wordt de stof op maat gesneden en verwerkt tot overhemd.
Katoen is de vezel die gebruikt wordt als grondstof voor de draad. Poplin is een weeftechniek. Wanneer de katoenen draad wordt gebruikt om te weven volgens de poplin techniek, noemen we de stof poplin katoen. Poplin katoen is het geweven eindproduct. Een overhemd van ‘gewoon’ katoen is bijna altijd poplin katoen.
Katoen is een zeer sterke vezel, die makkelijk tot draden te spinnen is. Het neemt gemakkelijk vocht op, en is daarom makkelijk te verven of bedrukken. Katoen ademt goed en is zeer duurzaam, en daarom zeer geschikt voor werkkleding. Denim (spijkerstof) jeans worden bijvoorbeeld van katoen gemaakt. Kleding van katoen blijft lang mooi. Doordat de kleur diep in de vezel trekt behoudt katoen lang zijn kleur.
Linnen (of ‘vlas’) is een vezel die wordt gemaakt van de vlasplant. De vezels worden van het stro gescheiden door middel van een mechanisch proces. Korte vezels worden gebruikt voor het maken van touw; de lange vezels worden gebruikt in kleding. Linnen is zeer duurzaam, en erg sterk. Linnen is niet erg elastisch.
Linnen en katoen zijn verschillende vezels, en dus een andere grondstof. Katoen is zwaarder en dikker dan linnen. Ze zijn daarom warmer dan linnen shirts, en ademen minder goed. Linnen is een populaire stof in warme klimaten, omdat het beter ademt en lichter draagt. Linnen kreukt veel sneller dan katoen, maar is ook sterker. Linnen is moeilijker te spinnen dan katoen, en daardoor een meer exclusieve stof.
Wilt u meer weten over verschillende soorten wevingen? Lees dan onze speciale kennisartikelen:
U kunt gemakkelijk controleren van welke stof uw overhemd is gemaakt. Controleer eerst het wasetiket. Hierin staat vaak de precieze samenstelling van de stof. Geen label? Geen probleem. Met de volgende tips herkent u gemakkelijk welk materiaal voor uw shirt is gebruikt. Test de textuur (wrijf de stof tussen uw vingers), het gewicht, en de elasticiteit van de stof (trek de stof uit elkaar). Kijk verder of de stof pilt of niet.